Een greep uit de nieuwe filosofieboeken
Klein filosofisch lexicon, Kairos. Een nieuwe bevlogenheid, Een stok om mee te denken.
iFilosofie #7
Henri Oosthout Classicus, filosoof en wiskundige Henri Oosthout schreef een lexicon van filosofische begrippen. In zijn bijna driehonderd pagina’s tellende Klein filosofisch lexi con legt hij de betekenis van wijsgerige vaktermen kort en bondig uit en geeft tegelijk een leesbare inleiding in het filosofisch en kritisch denken. Daarnaast geven de lemma’s informatie over de geschiedenis en het gebruik van de begrippen en worden de belangrijkste vragen die rond de termen spelen aan de orde gesteld. Hierbij laat Oosthout het niet, want hij belicht ook de wijsgerige kant van uitdrukkingen die buiten het filosofische vakgebied in het alledaagse spraakgebruik gangbaar zijn, zoals dis- cours, materie, bewustzijn en ruimte. Klein filosofisch lexicon is in vlotte stijl geschreven en is ook voor niet-vak-filosofen een aanrader.
Joke Hermsen In haar vorige publicatie Stil de tijd noemde Joke Hermsen stilte, rust, traagheid en verveling voorwaarden voor werkelijke creativiteit en helder nadenken. Ze pleitte voor niets minder dan een langzame toekomst. Maar hoe komen we na de rust weer in beweging? Welke denkrichting moeten we kiezen om werkelijk iets te veranderen, zodat er een rustige, duurzame en evenwichtige samenleving ontstaat? In de essaybundel Kairos, een nieuwe bevlogenheid keert Hermsen zich tegen het heersende technocratische denken en houdt een filosofisch pleidooi voor de bevlogenheid van de homo empathicus. Deze moet ons denken en doen inspireren, zodat we een uitweg uit de economische en ecologische crisis vinden. Hermsen onderzoekt in Kairos diverse manieren van wishful thinking, zoals het principe van de hoop (Ernst Bloch), het enthousiasme (Kant, Plato en Nietzsche) en het principe van nataliteit (Hannah Arendt). Ze laat het niet bij commentaar op vroegere filosofen, maar geeft ook voorbeelden van hoopgevende initiatieven in het onderwijs en de metamodernistische kunst, en beschrijft coöperatieve ecologische netwerken die wellicht de richting van een nieuwe toekomst aangeven.
Coen Simon Het eerste werktuig van de mens is waarschijnlijk een stok geweest. Er zouden daarna nog vele werk- tuigen volgen die nieuwe mogelijkheden creëerden. Daardoor zijn mensen anders gaan handelen, en ook anders gaan denken. Niet alleen omdat de techniek van het schrift, de trein en de computer stuk voor stuk nieuwe metaforen werden om de wereld te begrijpen, maar vooral omdat de wereld er telkens echt door verandert. In Een stok om mee te denken verzamelde Coen Simon uit de geschiedenis van de filosofie de mooiste gedachten over de nieuwste technieken. Van het schrift van Plato tot de klok van Bergson, van de schoenen van Heidegger tot het panopticum van Foucault, van de bouwplaats van Wittgenstein tot de camera van Sontag.