Over nut en waardigheid
Nederland is ziek. Letterlijk ziek van werk. Zo’n vijftien procent van de vrouwelijke werknemers en negen procent van hun mannelijke collega’s kampt met klachten van overspannenheid en burn-out. En dit aantal groeit snel. Leraren, politiemensen, zorgmedewerkers, studenten: allemaal klagen ze over een te hoge werkdruk en een te veel aan bureaucratie. Ze dreigen letterlijk de zin in hun werk te verliezen.
Tekst: Ben Kuiken
Tijdnood
Wat is er aan de hand? Vinden we ons werk niet meer leuk? Nou, dat valt nogal mee. De meeste mensen vinden hun werk leuk en uitdagend, en werken vaak meer uren dan waarvoor ze betaald krijgen. Overheid en werkgevers investeren bovendien in allerlei programma’s en workshops om dat werk nog leuker te maken, dus daar ligt het niet aan.
Is het misschien gewoon te veel? Vooral de combinatie van werk en zorg en sport en gezin en een sociaal leven en ga zo maar door lijkt vooral vrouwen op te breken. Daar komt bij dat veel vrouwen in deeltijd werken, dus minder werken is eigenlijk geen optie. Sterker: juist door in deeltijd te gaan werken, kom je in tijdnood.
Misschien verwachten we wel te veel van ons werk. Ook dat moet tegenwoordig namelijk net zo vervullend en inspirerend zijn als al die andere activiteiten die we in ons leven ondernemen. We stoppen onze ziel en zaligheid erin, verwaarlozen ons gezin, familie en vrienden, liggen er ’s nachts wakker van. Om vervolgens te ontdekken dat het sociaal contract dat we met de werkgever dachten te hebben net zo makkelijk eenzijdig kan worden opgezegd als de economische wind uit een andere hoek waait.
Managementdiscours
Nee, misschien is het de manier waarop we praten en denken over werk die ons ziek maakt. Van denkadviseur Edu Feltmann heb ik geleerd dat de taal die we gebruiken een indicatie vormt voor de manier waarop we denken. Zo ook als het om werk gaat. Interessant is dan dat de twee contractpartners, werknemer en werkgever, een hele andere taal bezigen. Waar vakmensen het vaak hebben over de liefde voor hun vak, over passie en over de mensen en materialen waarmee ze werken (het discours van het minnen), daar gebruiken hun managers kreten als ‘het beste uit mensen halen’, het managen van talent en de juiste persoon op de juiste plek (het discours van management). Dit discours van de manager wordt vaak gekenmerkt door verhullende termen, abstract en doelmatig taalgebruik, zakelijk en afstandelijk.
De laatste decennia is dit discours van de manager het dominante discours geworden in organisaties en eigenlijk in de hele samenleving. Het gaat over nut en doelmatigheid, en niet langer over (menselijke) waardigheid. Zo moeten studenten vooral een studie kiezen die ze meteen een goede baan oplevert en moeten ze bovendien zo doelmatig en efficiënt mogelijk hun punten halen. Over de ontwikkeling van de hele mens gaat het al lang niet meer. Mensen die om wat voor reden dan ook het tempo van de prestatiemaatschappij niet kunnen bijhouden moeten toch nuttig bezig blijven en een bijdrage leveren aan de maatschappij. Iedereen die kan werken, moet werken, dat wil zeggen productief zijn. Wie dat niet (meer) is, wordt gezien als kostenpost.
Human resource
De mens is met andere woorden in de huidige economie tot een productiemiddel verworden, tot een human resource, die uitgemolken kan worden en die, wanneer niet langer productief, aan de kant kan worden gezet. En als je dat niet langer volhoudt, dan ben je opgebrand en uitgeblust (burned out). Maar is de mens een middel, of is hij toch nog altijd een doel op zich? Hoe zit het met de menselijke waardigheid, en met waarden als geluk en en jezelf kunnen ontwikkelen?
Welke zin willen wij kortom maken, als mens en maatschappij? En welke zin heeft werk daarin? Die zin wordt nu nog vooral in economische termen uitgedrukt, maar er is zoveel meer in het leven. Zoals filosofie, kunst en vriendschap. Laten we voorkomen dat ook die in termen van nut worden uitgedrukt, en laten we daarin vooral het nutteloze koesteren. Een beetje mijmeren over Plato en Aristoteles, gewoon omdat het kan.
Ben Kuiken is filosoof, schrijver en ontregelaar. Hij publiceerde onlangs het boek De Zinmakers: Nieuw organiseren in tijden van complexiteit en onzekerheid (uitgeverij Business Contact, 2018).