Filosofische wandelingen

0 Flares 0 Flares ×

Tekst & video: Erno Eskens

Welke denkbeelden hebben ons landschap gevormd? Met deze vraag in het achterhoofd wandelt filosoof Eric Brinckmann dwars door Nederland. In tien wandelingen beschrijft hij hoe ons denken over de verhouding tussen stad en natuur is veranderd.

Eric Brinckmann is filosoof en directeur van Landgoed Het Lankeet bij Haaksbergen; het is geen toeval dat dáár een van de filosofische wandelingen is gesitueerd. Wie zijn erudiete boek leest, wandelt niet alleen door mooie stukken Nederland, maar maakt ook een fascinerende reis door de tijd, van de Germanen tot nu. Iedere wandeling is voorzien van een handig kaartje, waardoor je niet snel verdwaalt. De wandelingen voeren niet per definitie door de mooiste, maar wel door de interessantste natuurgebieden. Tijdens iedere wandeling vertelt Brinckmann hoe het denken over de mens en over natuur is veranderd in de loop van de tijd. Hij komt met interessante en vaak ook vermakelijke verhalen.

Brinckmann heeft ook een doel met zijn wandelboek. Zijn inzet is om het dualisme te boven te komen. We hebben onze binnenwereld – ons huis, onze stad, ons dorp – te strikt gescheiden van de natuur daarbuiten, stelt hij. Daarom begint het eerste hoofdstuk symbolisch met het neerhalen van de stadsmuren van Amersfoort. Toen Napoleon de stad innam, liet hij gelijk de muren slopen. Het voorkwam dat Amersfoort alsnog een verzetshaard kon worden. Een positief bijeffect was dat de stad plotseling in de natuur kwam te liggen. De scheiding tussen binnen- en buitenwereld werd er kleiner door.

Hoge muren

Met het neerhalen van een paar stadsmuren zijn we er natuurlijk nog niet. De hoogste muren zitten immers sinds de Middeleeuwen in ons hoofd. Vanaf de vroege Middeleeuwen koesterde men het ideaal van de ommuurde tuin, de hortus conclusus. Achter de muur, in de gecultiveerde en daardoor vermenselijkte natuur van de tuin, kon je een zuiver contemplatief leven leiden, niet afgeleid door de roep van de lagere natuur die zich achter de muren bevond.

Eeuwenlang worstelt de mens met dit negatieve natuurbeeld. De Moderne Devoten, die we tegenkomen op een wandeling rond Deventer, zijn de eersten die de natuur minder vijandig bejegenden. Voor hen was de wildernis interessant en een studie waardig, omdat men er de hand van God in kon herkennen.

De Verlichtingsdenkers en –schilders die we tijdens een wandeling door de Kennermerduinen leren kennen, begonnen de natuur wetenschappelijk te onderzoeken. Ze waren al niet meer bang voor het ‘beyond’ achter de muren. Tegen de tijd dat Napoleon de stadsmuren sloopte, begon met de wouden net als heilzame plekken te ervaren. Misschien dat men daarom de muren ook niet herbouwde.

Rousseau en vele andere romantici wandelden graag door de buitengebieden om juist datgene te zoeken wat de Middeleeuwers zo angstvallig achter hun hoge muren probeerden te beschermen: het zelf. Middeleeuwers zochten zichzelf in de contemplatieve rust van de afgebakende binnenwereld, de Romantici trekken erop uit en wandelen zichzelf in de natuur te hervinden.

Eigenlijk leven we nog steeds in de tijd van romantiek, stelt Brinckmann. We zoeken onszelf nog steeds in de natuur. Daarom wandelen we als nooit tevoren. Om deze wandelingen goed te doen slagen, zetten we de natuur soms een beetje naar onze hand. Natuurbeheer is nodig om de ergste Romantische overwoekeringen te voorkomen. Zo kappen we soms bomen om ruimte te maken voor de (vermeend) oorspronkelijke, bloeiende heide. Klaarblijkelijk willen we de natuur zo vormen dat ook zij zichzelf kan zijn, lijkt Brinckmann te zeggen.

ISVW-iFilosofie #17 - Eric Brnickmann - Filosofische wandelingenSleutelen aan de natuur

Het sleutelen aan de natuur is uiteraard niet nieuw. Het is van alle tijden. De Romeinen deden het al. Toen zij delen van wat nu Nederland is in handen kregen, legden ze er grootse waterwerken aan. Bij Nijmegen en Berg en Dal zijn de restanten ervan nog zichtbaar in het landschap. Pas recentelijk heeft men de gegraven sleuven als perfect aflopende watergeulen herkend. Brinckmann nodigt ons uit om er eens langs te wandelen.

Ook de christenen namen het landschap op de schop. Bij hen nam de landbouw grotere vormen aan. Met het boek in de hand lopen we een rondje om de kerk van Bedum en Reitdiep, terwijl Brinckmann ons vertelt hoe het christendom afrekende af met de Germaanse religie die in de buitennatuur werd bedreven. De christenen zochten hun heil in de beschermde binnenwereld van de kerk. Deze binnenruimte werd vanaf dat moment belangrijker dan de buitenruimte. De natuur werd een heidense plek, waar je alleen doorheen liep omdat je aan ergens naartoe moest.

Het christendom zorgde ook voor een verticalisering van het wereldbeeld. God werd hoog, de natuur werd laag. De natuur zou ons tot ongodisme verleiden en moest dan ook gemeden worden. Intussen kijken we niet meer zo neer op de natuur, maar onze relatie met de buitenwereld is toch nog altijd problematisch. Dat komt omdat wij nu met grote snelheid door de natuur razen. We ervaren de natuur vooral als het filmische uitzicht vanuit het autoraam.

Wandelen herstelt de relatie met de natuur, stelt Brinckmann. Wie wandelt heeft tijd om te mijmeren en vragen te stellen. ‘Toen lopen zijn fysieke noodzaak verloor en de techniek de snelheidsnorm overnam, kon lopen tot spel worden, wandelen worden, een spel van routes, ruimten en thema’s.’

Dat loopspel speelt Brinckmann met verve. Hij vraagt zich af waarom men Wodanseiken heeft herplant in Wolfheze en buigt zich over de beste manier om de natuur te ervaren. Kan de fenomenologie ons hierbij helpen, of wellicht hebben we meer aan de deep ecology of het taoïsme? Definitief antwoorden vinden we niet in Filosofische wandelingen. Het gaat Brinckmann meer om de sinvolture, de open, onderzoekende blik. Als we zo naar de natuur kijken, dan ervaren we de schoonheid van de natuur misschien wel het beste.

Juist omdat Brinckmann nergens belerend is en hij ons steeds uitnodigt om met hem mee te wandelen door de velden en door de geest, is Filosofische wandelingen een heerlijk boek. Het wakkert niet alleen de liefde voor de natuur aan maar ook de liefde voor de geschiedenis en filosofie. Wie de tien wandelingen heeft gelezen of gelopen, voelt zich verkwikt en verrijkt.

Eric Brinckmann, Filosofische wandelingen. KNNV Uitgeverij, 2015.

0 Flares Twitter 0 Facebook 0 Google+ 0 LinkedIn 0 0 Flares ×

Related Posts

Schermafbeelding 2019-04-07 om 20.59.54

Jeukwoorden

Schermafbeelding 2019-04-07 om 20.54.21

Husserl roept op tot actie

Para-doxale column René ten Bos: Kant

Schermafbeelding 2019-04-07 om 20.40.05

Een betondicht gesprek

Reageer