Een gesprek over angst

0 Flares 0 Flares ×

Saskia’s boek De schoonheid van angst is nu al een groot succes. Daarom wilden wij graag weten wat haar drijfveer was om dit boek te schrijven. Op weg naar dit interview vroeg de taxichauffeur aan Saskia wat zij in vredesnaam helemaal in Leusden kwam doen. Saskia vertelde hem over haar boek. Anders dan bij de meeste filosofieboeken herkende de taxichauffeur zichzelf direct in haar verhaal. ‘Ik heb ook een angststoornis,’ vertelde hij. Dit maakt Saskia regelmatig los bij mensen.

Tekst: Zoë Spaaij en Tessa van Rijssel

In het boek De schoonheid van angst beschrijft Saskia haar ervaringen met angst, haar angststoornis en hoe zij heeft geleerd om hiermee om te gaan. Zij bespreekt verschillende perspectieven op angst, van onder meer het boeddhisme, de psychologie, filosofie en kabbala. ‘Mijn boek is een toevoeging aan andere boeken over angst, omdat de verschillende theorieën bij elkaar brengt rondom het thema.’, vertelt Saskia.

Waarom was dit het moment in jouw leven om dit boek te schrijven?
‘Dat is een hele mooie vraag, die heeft nog niemand mij gesteld. Daar word ik zelfs een beetje emotioneel van.’ Saskia is zichtbaar geraakt. ‘Ik schreef dit boek nadat mijn nicht Jacqueline na een lange ziekteperiode overleed. Ik praatte veel met haar over de dood en de angst daarvoor – die zij niet had. Daar heb ik ontzettend veel van geleerd. Ze was een van de meest wijze mensen die ik heb gekend.’

Heb je dit boek vooral voor jezelf geschreven?
‘Ik heb in beginsel altijd gedacht, ik schrijf het boek voor het meisje van 16 dat ik was. Worstelend, in mijn eentje. Maar inmiddels is het zo’n lijvig boek geworden dat het voor een meisje van 16 wellicht wat te complex is. Dus nu is het een boek geworden waar ik veel aan had gehad toen ik 30 was.’

Zoals uit het voorbeeld van de taxichauffeur blijkt, maakt jouw boek angst ook bespreekbaar.
‘Nou, ik spreek er al over sinds mijn 30e. Toen heb ik een beetje mijn leven omgegooid door tegen iedereen te zeggen dat ik een angststoornis had. En heel vaak kwamen er daardoor mensen op mij af die hun hele ziel en zaligheid bij me neerlegden. Bijvoorbeeld, toen ik nog als econoom werkte kwamen collega’s vaak bij mij op ‘spreekuur’. Ik moest daarom van mijn baas de extra stoelen weghalen uit mijn kantoor. Maar mensen kwamen vervolgens met hun eigen stoelen aanlopen! Ik vond dat zo’n compliment, dat men- sen hun psychische problemen met mij durfden te delen.’

Wat vind je van de manier waarop wij tegenwoordig met psychische problemen omgaan?
‘Ik vind labels echt verschrikkelijk. Die zorgen ervoor dat je je angst te centraal zet en niet meer leert te relativeren. Er zijn de laatste jaren steeds meer labels bijgekomen en wie ziet nu door de bomen het bos nog? Daarnaast herkent daardoor iedereen zich wel in een label, wat weer zorgt voor veel meer mensen met een psychische aandoening. En wat is dan nog normaal? Ik denk dat iedereen het hele spectrum van emoties in zich heeft, en in potentie ook alle psychische stoornissen. Daarnaast zou ik mezelf verloochenen, wanneer ik mijn angst weg zou poetsen door medicijnen of door verregaande therapieën. Ik moet het wel accepteren van mezelf, want angst is een belangrijk onderdeel van mij. Als ik mijn angst ontken, ben ik geen authentiek mens.’

Van welke filosoof of stroming heb jij het meeste geleerd?
‘Van de psychoanalyse heb ik het meeste geleerd, vooral vanwege mijn psychiater. Die heeft mij in eerste instantie laten zien hoe banaal een angststoornis eigenlijk is. Het is eigenlijk gewoon een steentje in je schoen. En dat je er vooral niet een punt van moet maken; een angststoornis is in zekere zin zo groot als je hem zelf maakt. Dit heb ik ook van de kabbala geleerd. De kabbala stelt eigenlijk de vraag of je jezelf niet veel te belangrijk vindt, wanneer je telkens je angst centraal zet. Deze manier om naar je angst te kijken werkt relativerend. Het boeddhisme relativeert in zekere zin ook, want dat stelt dat emoties, zoals angst, altijd zullen komen en gaan. Daarnaast stelt het boeddhisme dat emoties je overkomen: je bént niet angstig, je hébt angst.’

Al deze verschillende perspectieven hebben dus iets waardevols in zich.
‘Bij al deze stromingen is het belangrijk dat je niet te veel waarde hecht aan hun waarheden. Je moet tenslotte steeds weer bij jezelf te rade gaan welke stroming bij jou en jouw angst past. Dat heb ik ook gedaan tijdens het schrijven van het boek.’

En de filosofie?
‘Ik vind filosofie heel interessant. Filosofen komen altijd heel relaxed op mij over met hun enorme wijsheid. Wat ik er tot nu toe van heb gelezen – dat is weliswaar heel bescheiden – gaf mij een enorm inzicht. Kierkegaard relativeert bijvoorbeeld enorm. Voor mij was voor- al dit citaat van Kierkegaard heel toepasselijk: “Het leren kennen van jezelf is het leren kennen van je angsten.”’

Waarom denk je dat in de huidige maatschappij steeds meer mensen psychische problemen hebben, zoals angst?
Angst is toch iets van alle tijden? ‘De gevoelige en introverte mens werd vóór de Tweede Wereldoorlog gezien als bijzonder en speciaal. Sinds de Tweede Wereldoorlog wordt het veel meer gezien als een zwakte. Maar misschien staan wij nu wel aan de vooravond van de herwaardering van de introverte, gevoelige mens. Er is weer meer ruimte voor falen en kwetsbaarheid in onze maatschappij, maar dit is pas een recente ontwikkeling. Er wordt nu veel meer gepraat en men is veel opener. Dat zorgt voor meer empathie en tolerantie. Wat dat betreft zou de samenleving, de politiek, en het bedrijfsleven gebaat zijn bij meer angstige, gevoelige mensen.’

Heeft dit niet ook nadelen?
‘Ja, het gevaar is dat iedereen zijn psychologische problemen nu op internet opzoekt en daardoor steeds meer zichzelf labelt. Ik bepleit in mijn boek dat men het vak psychologie op de middelbare school zou moeten geven. Dat moet natuurlijk niet leiden tot hypochondrie, maar kinderen zouden op school vooral moeten leren om hun emoties te leren begrijpen en om erover te praten. Angst is tenslotte een gevoelspijn, daarmee moeten wij leren omgaan. Angst is net zo’n pijn als buikpijn of hoofdpijn.’

Focussen wij dan veel te veel op positieve emoties?
‘Absoluut, daar zou ik nog een heel boek over willen schrijven. Van de gelukspsychologie krijg ik bijvoorbeeld echt de rillingen. Een onderzoek toont aan dat het belangrijk is om emoties te voelen die bij de situatie passen. Dat wil zeggen dat je niet altijd blij kunt zijn, maar juist ook verdriet, woede en angst moet kunnen ervaren.’

Tot slot: wat is de schoonheid van angst?
‘Met behulp van angst kun je juist persoonlijke groei doormaken. Als je angst toe durft te laten, tenminste. Angst kan je tonen aan welke delen van jezelf je moet werken. Bijvoorbeeld wanneer ik bang ben om naar een feestje te gaan, vraag ik me af waar die angst precies vandaan komt. Is dat een stem van vroeger, uit mijn kindertijd? Mensen vinden dat soms een beetje schizoïde klinken, maar ik denk dat iedereen verschillende stemmen in zijn hoofd heeft. En het is goed om daar soms op te reflecteren. Angst kan dus leiden tot introspectie en zelfinzicht. Maar mijn boek heet niet ‘De schoonheid van de angststoornis’. Angst voor de angst, om weer een paniekaanval te krijgen, is vreselijk. Die angst is nooit een goede raadgever, want die zorgt ervoor dat je alles gaat vermijden. Maar als je kijkt naar de basale angst die iedereen heeft, dan kan die je juist vooruitbrengen. Je moet accepteren dat die angst er altijd is. Mijn punt is dat angst écht niet iets is om je voor te schamen. Het maakt je tot wie je bent.’

Saskia Kalb, De schoonheid van angst. Leusden: ISVW Uitgevers, 2019.

0 Flares Twitter 0 Facebook 0 Google+ 0 LinkedIn 0 0 Flares ×

Reageer